Zon Jongen Meisje

Historie in een notendop

Deze tekst is vrij naar: "De geur van krijt" van de hand van Toon van Grinsven, die dit boekje schreef naar aanleiding van het 75-jarig bestaan van de school in 2005.
Dit boekje is nog te verkrijgen via de school via (0411) 67 47 15 of via de e-mail.  

In 1924 stuurde de heer W.J. Maas, bedrijfsleider van de beheersmaatschappij van het nabij Lennisheuvel gelegen "Kinderbosch", een brief naar de gemeente Boxtel met het verzoek om een school op te mogen richten in Lennisheuvel. Deze brief was mede ondertekend door 39 ouders van kinderen uit de buurt.

In de zomer van 1924 werd een houten schooltje voor € 834,05 aangekocht en geplaatst, maar werken en leren was er geen pretje. 's Winters was het er erg koud en 's zomers erg warm, omdat isolatie in die dagen niet gebruikelijk was.

Hoofd van de school met 76 leerlingen werd de heer P.J. (Piet)  Maas en samen met juffrouw Hellemons gaf hij er les.
Na het aantreden in 1926 van pastoor A.J.H. (Arnoldus) Manders, afkomstig van de Liempdse parochie "St. Jans Onthoofding", werd er een kerk gebouwd en daarna was het in 1929 de beurt aan een nieuwe school. Dit was inmiddels hard nodig, want het oude houten schooltje begon te vervallen.

Na twee jaar brieven schrijven en een hoop overredingskracht, kreeg pastoor Manders het voor elkaar om een volwaardige school te laten bouwen voor het bedrag van € 8.994,00. De school is ontworpen door de Maastrichtse architect Van Groenendaal en gebouwd door aannemer J.P. van der Linden uit Sint-Michielsgestel.

Na de opening op 7 januari 1930 zaten er 104 leerlingen op school en werd het team van meester Piet Maas en mejuffrouw Hellemons uitgebreid met meester Antoon Maas.

(7 januari 1930 bij de opening van de school (let op de kerk; nog zonder uurwerk)
 

In 1938 was de school al weer te klein. Er waren op dat moment 3 lokalen en 150 leerlingen, terwijl er "maar" 48 in een klas mochten zitten. Daarom werd er een extra lokaal aangebouwd.

(De school na de verbouwing in 1938 met de nieuwe hoofdingang en een extra lokaal) 

Hierna werd geijverd om voortgezet onderwijs in Lennisheuvel van de grond te krijgen, hetgeen er in resulteerde dat er uiteindelijk voortgezet lager onderwijs (klas 7 en 8) kon worden gegeven.

In het laatste jaar van de oorlog is de school gebruikt voor huisvesting van Engelse soldaten. Na hun vertrek bleek dat veel hout (schoolbanken en de vloer) was gebruikt om voor verwarming van de Engelse manschappen te zorgen. De reparatie betaalde de pastoor voor een groot gedeelte uit eigen zak en het heeft tot 1948 geduurd voordat de overheidsinstanties alles hadden afgewikkeld.

In 1948 besloot het schoolbestuur om voor de meisjes, in klas 7 en 8, het vak "koken" in te voeren. Hiervoor werd bij de PNEM, het huidige Essent, een elektrisch fornuis, twee braadpannen en vier kookpannen gekocht.

In datzelfde jaar werd het parochiehuis Orion in gebruik genomen, waardoor er een beter lokaal om gymlessen in te geven voorhanden kwam. De pastoor was wel van mening dat de vloer voor verbetering vatbaar was en dankzij zijn inzet werd er een houten vloer gelegd die wel geschikt was.

In 1949 was het tijd om de school te voorzien van waterleiding. Tot die tijd had men een pomp, waarvan het water niet voor consumptie geschikt was en slechts bedoeld was voor de spoeling van de toiletten. De waterleiding moest in de winter echter worden afgesloten vanwege bevriezingsgevaar; alleen de lokalen werden namelijk verwarmd met kachels en niet de gang met de toiletten.

In 1948 verzocht pastoor Manders reeds om zijn ontslag, omdat het hem te zwaar viel om de rest van de schuld van zijn parochie af te lossen. Hij had de schuld van € 18.150,00 met geld van de kerk en uit eigen middelen weten terug te brengen naar € 13.610,00 maar hij keek erg op tegen het aflossen van de rest.

In 1950 werd hem dat ontslag verleend en hij werd opgevolgd door pastoor Tilman. Deze pastoor had minder oog voor het reilen en zeilen op de school, maar meer voor het welzijn van de kerk en haar gelovigen. Kort na zijn benoeming heeft hij € 6.700,00 mogen uitgeven om de schulden aan derden te betalen.
Een deel ging naar het onderhoud van de kerk, de schulden van het parochiehuis werden afbetaald en de school kreeg € 2250,00 in de kas gestort.

In de loop der jaren werd het ontbreken van een kleuterschool steeds meer duidelijk. De kinderen, die in de eerste klas van de lagere school begonnen, misten veel basisvaardigheden. Daarom werd in 1959 daarmee een begin gemaakt door juffrouw José van Eijkeren, die de zorg kreeg over 35 kleuters. Ze werden ondergebracht in het provisorisch ingerichte parochiehuis.

In 1960 werd er door pastoor Tilman druk uitgeoefend op de gemeente voor de bouw van een kleuterschool, maar de gemeente had daar geen oren naar. Het aantal leerlingen op de basisschool was sinds 1950 blijven steken en de gemeente voorzag dat de school op termijn zelfs zou moeten sluiten.
De pastoor en meester Antoon Maas waren het hier niet mee eens en er werd een stevige briefwisseling met de gemeente opgezet.
Het resultaat mocht er zijn; in maart 1961 werd het schooltje, 't Bijenkorfje, in gebruik genomen.

(Kleuterschool 't Bijenkorfje begin jaren '60)

In 1961 was de St. Theresiaschool inmiddels 30 jaar oud en toe aan een grondige verbetering. Er zaten gaten in het plafond en waar houten vloeren kapot waren, was beton gestort. Dat beton trok in de winter zo koud op, dat juffrouw Clari van Esch-van Hout de kinderen tijdens een strenge winter de eerste les met een boekje bij de kachel zette om wat warmer te worden.
Omdat de verbouwing op zich liet wachten en omdat het schoolbestuur en een extern bureau de gemeente in het ongelijk stelden met betrekking tot de bevolkingsgroei, werd het noodzakelijk om uit te gaan zien naar extra schoolruimte. Deze werd gevonden bij de paters Assumptionisten op Stapelen en in 1962 zaten 20 Lennisheuvelse kinderen uit klas 6 daar in de klas.

In 1965 zaten er 150 leerlingen op school, terwijl er het jaar daarna nog eens 20 bij zouden komen. Er werd een vergunning aangevraagd voor een houten noodlokaal, welke werd verleend.
Het heeft uiteindelijk tot 1968 geduurd voordat de grootscheepse renovatie plaats had. Toen werd er eindelijk centrale verwarming aangelegd, waardoor in de winter de waterleiding in de toiletten niet meer bevroor en er dus weer gespoeld kon worden. Het houten noodlokaaltje bleef echter wel intact; er was te weinig geld om dat te herbouwen in steen.

(De situatie van de school na 1968, met op de voorgrond het houten noodlokaal)

In 1971 waren er inmiddels zoveel kleuters in Lennisheuvel, dat andermaal de toevlucht moest worden gezocht tot parochiehuis Orion. Zowel het verenigingsleven als de school vonden dit geen onverdeeld succes en er werd werk gemaakt van een uitbreiding van 't Bijenkorfje. Zelfs de gemeente zag de noodzaak in, maar uiteindelijk sneuvelde het plan in 1973 bij Gedeputeerde Staten. Omdat de verwachting was dat er in Lennisheuvel niet veel meer zou worden gebouwd, kon de bouw van een tweede klaslokaal beter achterwege blijven. Dit was een zware klap voor het schoolbestuur. De plannen zijn opgeborgen en nooit meer boven tafel gekomen.

"Dan maar verder met de verbetering van de St. Theresiaschool" moet men gedacht hebben en in 1973 gaf de gemeente goedkeuring aan het vervangen van het houten noodgebouw door een stenen gebouw.

(De situatie na 1974, de foto is uit 2004)

In 1980 vierde de school haar 50-jarig jubileum en er werd een week lang uitbundig feest gevierd. Er dienden zich echter weer problemen aan. Er diende een scheiding te worden uitgevoerd tussen de school en de kerk, het aantal leerlingen liep terug en er moest een samensmelting gaan plaatsvinden tussen de kleuterschool en de lagere school.

De scheiding tussen de school en de kerk lag lastig, omdat de pastoor de uitbreiding van het kerkhof wilde veiligstellen omdat er woningbouw gepland was in het Beijersland. Daarnaast speelde mee dat pastoor Tilman uit eigen zak € 4.500,00 had bijgedragen aan de bouw van het kleuterschooltje, maar dat daarover niets op papier was gezet. Ook was het schooltje gebouwd op grond van de kerk en ook dat stond niet op papier, hetgeen in later jaren leidde tot onenigheid tussen de gemeente en de kerk, aangaande de eigendomsrechten.

Het teruglopende leerlingenaantal was ook jarenlang een punt van zorg. De opheffingsnorm was 60 leerlingen en daar moest de school eens per drie jaar boven zitten. Dit heeft de school jarenlang net vol kunnen houden.

In 1986 werd het eerste plan van nieuwbouwwijk "Het Gescheurd Hemd" opgeleverd, zodat er weer meer en meer kinderen werden aangemeld voor de school. Dat was maar goed ook, want in het 1986 zaten er nog maar 55 leerlingen op de school.

In 1990 werd de school voor de zoveelste keer verbouwd. Nu moesten de kinderen maandenlang met de bus naar de muziekschool aan het Maria Reginaplein. De heropening van de school werd uitbundig gevierd, iedereen was blij weer in Lennisheuvel naar school te kunnen.

In 2005 bestond de school 75 jaar. Deze gebeurtenis is eveneens ruim gevierd op school, maar erg bijzonder was toch de reünie die is georganiseerd voor oud-leerlingen en (oud-)leerkrachten.

In 2006 is de school opgeknapt en is het laatste stuk nieuwbouw gezet, waardoor ook kinderopvang gerealiseerd kan worden op het terrein van de school. 

In 2019 heeft de school een groene speelplaats gekregen, met veel groen, een (moes)tuin en een waterpomp. 

En nu, in augustur 2023, heeft de school weer een grondige interne verbouwing achter de rug. De school is modern en klaar voor toekomst.

school na interne verbouwing aug. 2023   school na verbouwing aug. 2023 (2) teamkamer na verbouwing aug. 2023

Noot: Alle genoemde bedragen zijn teruggerekend naar hedendaagse euro's, uiteraard ging het toentertijd om guldens.